Photography: © Luk Dombrecht
De vertelmicrobe ontdekte ik op vormingscursussen die ik gaf als stafmedewerker bij Chirojeugd Vlaanderen. Ik kreeg er de smaak van het vertellen te pakken (met dank aan de Chiro).
Als een late roeping volgde ik de opleiding ‘voordracht en welsprekendheid’ aan de Kunstacademie van Lokeren en Deinze. Afgerond met grote onderscheiding (!), maar vooral met goesting om verder te vertellen.
Ik trok, als nieuwe inwoner van Zulte, naar het vertelfestival Van Stoel tot Stoel, in het kasteel van Zulte. Ik maakte er kennis met de initiatiefnemer, Damien Versele. Vanaf dan schreef ik mee aan een nieuw verhaal. We organiseerden vertelfestivals tijdens de Gentse feesten en vertelevenementen overal te lande. We brachten een groot publiek in contact met de vertelkunst. We zetten workshops op en vormden een nieuwe generatie vertellers. We zagen ‘Van Stoel tot Stoel’ als het Steunpunt voor Vertelkunst in Vlaanderen en gaven dit een plek in ‘Opendoek. Amateurkunsten Vlaanderen’.
Een verteller staat meestal alleen voor zijn of haar publiek. Ik nam het initiatief om gelijkgestemde zielen bijeen te brengen. Zo zag het ‘TcollectiefvertelT’ in 2002 het daglicht.
Iets dichter bij huis (lees: Zulte) kwamen we samen met ‘Compagnie De Zere Knie’. Een vertelkring waarin we elkaar de kans gaven om vertellingen voor het eerst te brengen en ideeën te beluisteren van andere vertellers. Wat overblijft: Compagnie De Zere Knie biedt vertelavonden aan in Herberg Macharius in Gent.
Vertellers zijn zoals troubadours. Zo gaan de vertellers uit ‘TcollectiefvertelT’ en ‘De Zere Knie’ elk hun eigen weg. Ontmoetingen onderweg zijn altijd hartverwarmend.
Ook bij mij kwam de vertelmicrobe terug naar boven. Minder organiseren, ‘Van Stoel tot Stoel’ loslaten, en meer zelf genieten van het vertellen.